Voederaardappelen en hun teelt
Voederaardappelen worden actief gebruikt in de veehouderij, met name voor het voederen van varkens en schapen. Hiervoor gebruiken ze niet alleen het overschot aan knollen die na de verkoop overblijven, maar zelfs de toppen, schillen en beschadigde aardappelen. Dit alles vervangt perfect graan en ander krachtvoer en wordt ook onderdeel van een uitgebalanceerd dieet.
Aardappelen telen
Als we kijken naar de variëteiten van aardappelen, dan worden ze als voer het meest gebruikt: Korenevsky, Woltmann, Lorkh en Berlichingen. Deze plant groeit goed op middelzandige en niet te zware leembodem met een losse laag van minimaal 20 cm.
Voordat u aardappelen gaat telen, moet u letten op de gewassen die voor hem op deze site groeiden. Zo worden wortelgewassen, wintergewassen, peulvruchten en groenten beschouwd als de beste voorlopers van aardappelen.
Maar in ieder geval is aardappelbemesting noodzakelijk. Hiervoor wordt organische stof (compost, mest) gebruikt, die in het najaar wordt geïntroduceerd. Als de grond licht is, kun je soms alleen minerale meststoffen gebruiken. Toegegeven, in dit geval bestaat het risico op een kleinere oogst.
Aardappelen, waarvan de teelt kennis omvat van een aantal nuances, worden geplant wanneer de grond opwarmt tot 8 graden. De plantdiepte van knollen moet tussen de 10 en 12 cm zijn.
Als u schapen en runderen gaat voeren, moet u rauwe aardappelen in het voermengsel opnemen. In dit geval moet u rekening houden met enkele kenmerken. Aardappelen worden bijvoorbeeld pas in de laatste fase van hun vetmesting aan het dieet van schapen toegevoegd.
In onze streken werd het altijd als veevoeder beschouwd, grote witte aardappelen, en in plaats daarvan namen ze altijd roze. Nu zijn er zoveel soorten aardappelen met verschillende kleuren dat het moeilijk is om in één oogopslag te bepalen welk voer is. Ik beschouw hele grote aardappelen altijd als voer.